top of page

Vervolg van Zomaar een fictief verhaal

Gekaapte erfenis

NOVELLE

Tamara Vermeulen brengt haar vakantie door in een huis in Châtillon-en-Diois, dat ooit eigendom was van haar moeder. Tamara had een zeer hechte band met haar en vraagt zich af waarom zij haar dochter nooit over deze plek heeft verteld.



All rights reserved | Tineke Hofstee

Deel 1 van dit verhaal nog niet gelezen? NAAR DEEL 1


Deel 2

Het is woensdag. De afgelopen dagen heb ik door het middeleeuwse stadje Châtillon-en-Diois gedwaald en heb daar leuke ateliers ontdekt, heel veel fonteinen gespot, groene en weelderig bloeiende muurklimmers bewonderd en vandaag heb ik een kilometerslange wandeling gemaakt langs rivier de Bez. Jammer dat mam nooit over dit huis heeft verteld. Ik zou zoveel meer willen weten over haar leven hier. Ze heeft het gekocht toen ze dertig was en is zeven jaar later naar Leiden gegaan. Daar ben ik geboren. Dat is wat ik tot nu toe weet. Tot haar zestigste had ze een baan als lerares frans aan een middelbare school. Over de periode in Frankrijk sprak ze nauwelijks. Als ik haar ernaar vroeg deed ze het af als een onbelangrijke en saaie periode in haar leven. Wanneer ik naar mijn vader vroeg, antwoordde ze dat hij een zaaddonor was en zij het zelf ook niet wist. Het was de hippietijd. Vrijheid stond hoog in het vaandel. Wie wilde in die tijd nog handenbindertjes? Niemand toch? Maar toen ze haar inwendige klok hoorde tikken en toch graag een kind wilde, was een anonieme zaaddonor de beste optie. Ik was een zeer gewenst kind. Ze was de allerliefste moeder die je je kon wensen. De gedachte dat ze er niet meer is maakt me weer verdrietig.


Ik haal diep adem en dring mijn tranen terug, want ik wil op deze plek niet treurig zijn. Opgewekter wandel ik het straatje met de prachtige stokrozen in. De voorgevel is authentiek. Bij het openen van de voordeur sta je meteen in de woonkamer. Binnen is het een en ander gerenoveerd. Een grote steunbalk is geplaatst, waar eens de muur tussen keuken en woonkamer stond. Op de verdieping is aan de voorkant een slaapkamer. Aan de achterkant is een moderne badkamer gemaakt. Meer is het huis niet. Klein en knus. Met nog een achtertuintje op het zuiden. Mijn ogen worden naar dat tuintje getrokken. Er bewoog iets? Ik loop verder en bevries op de drempel. Een jonge vrouw ligt in mijn relaxstoel. Ze is… poedelnaakt. Vanachter haar zonnebril kijkt ze me aan en groet me vriendelijk. Ik staar haar aan. Zonder enige blijk van schaamte over haar naaktheid, vraagt ze of ze me ergens mee kan helpen. Ze doet geen enkele poging zichzelf te bedekken. Ik schud mijn hoofd niet bij machte te spreken. ‘Ga zitten,’ zegt ze en maakt een wuivend uitnodigend gebaar naar de andere tuinstoel. ‘Thierry komt zo. Hij moet nog wat voorbereiden.’ Op datzelfde moment zwaait de zware deur in de middeleeuwse tuinmuur open en vult de ‘duivel’ de deuropening.

‘Wie... Wie is dit?’ stotter ik.

De vrouw staat op en glimlacht naar hem. 'Monique,' antwoordt de vrouw zelf en meteen erachteraan laat ze Thierry weten, dat ze een uurtje tijd heeft. Hij knikt goedkeurend en geeft mij tegelijkertijd een knipoog. De deur sluit. Verbouwereerd blijf ik nog een lange tien seconden staan en trek een diepe ademteug door mijn neus. Ik heb extra zuurstof nodig. Een gigolo. Deze Monique betaalt hem voor een uurtje seks. Daarom wilde hij waarschijnlijk niet op zijn werkplek overnachten. Wat een giller.

Het is woensdagavond vijf over zeven. Geen vervoersmiddel te bekennen. Hoe kom ik nu naar mijn etentje? Ik kan natuurlijk met mijn eigen auto gaan, maar dan moet ik haar bellen voor het adres. Zal ik nu bellen? Nee, als ze het is vergeten, jammer dan. Na nog vijf minuten trek ik de koelkastdeur open. Wat is er nog te eten?

‘Ga je mee? Maman wacht op ons.

Ik schrik me een hoedje. Staat die gigolo ineens achter me. Hoe is hij zo geruisloos binnen gekomen? Of was ik zo in mijmering verzonken, dat ik de deur niet heb gehoord. ‘Gaat u… Rij ik met u mee?’

‘Viens! We zijn al laat.’

Als een snelwandelaar met zere voeten loop ik achter hem aan. Hoge dunne hakken en afbrokkelende traptreden is geen goede combi. Gelukkig houden de Fransen van asfalt en zijn veel straatjes met dit goedje beplakt. Het parkeerterrein ligt beneden vlakbij rivier de Bez en de Camping Municipal Les Chaussières. Thierry rijdt in een luxe Audi cabrio. Ik stap in en kan het niet laten op te merken, dat zijn werk hem geen windeieren legt. Waarop hij antwoordt met: ‘Ik klaag niet.’ Dat was meteen het einde van onze conversatie tijdens de half uur durende rit. Ik voel me ietwat ongemakkelijk in zijn gezelschap. Waarom? Ben ik bang dat hij me elk moment kan gaan bespringen? Waarom zou hij. Zolang ik hem geen geld aanbied ben ik veilig, grinnik ik zachtjes. Wat voor een gesprek voer je eigenlijk met een gigolo? Vragen of zijn werk zijn passie is? Beetje raar, toch? Bij stiekem observeren zie ik, dat hij zijn ogen strak op de weg houdt. Blijkbaar heeft hij ook geen zin met mij een conversatie aan te gaan. Via de D93 nemen we de afslag D175 naar Beaumont-en-Diois. Niet rechts het dorp in, maar rechtdoor, een klein bruggetje over en daar ligt het landgoed en b&b Au Moulin d'Antan.



Thierry’s moeder komt snel aanlopen, zodra we het erf oprijden. Ze berispt haar zoon omdat hij laat is, maar wuift het ook meteen met een achteloos gebaar weer weg. De gasten zitten al aan tafel Praten en lachen onder het genot van een glas wijn. Een man met krullend haar, midden veertig schat ik, roept klagelijk naar Thierry, dat hij al bijna is omgekomen van de honger. Iedereen lacht hartelijk om de opmerking. Dan valt zijn blik op mij. Zijn gezicht verliest op slag de blijheid en maakt plaats voor een uitdrukking die ik niet kan plaatsen. Is het schrik? Verbazing? Ik weet het niet. De moeder van Thierry stelt mij aan de gasten voor als mademoiselle Vermeulen. De ogen van de man lijken op mij te zijn vastgepind, maar laten na het horen van mijn naam mij abrupt los.

‘Tamara,’ zeg ik.

‘Zoek een plekje, Tamara.’

Thierry heeft intussen zijn familie begroet. De man die het hoogste woord had volgt mijn bewegingen het gehele diner nauwlettend. Wanneer ik hem vragend aankijk wendt hij zijn blik snel af. Het eten smaakt fantastisch. Ik had ook een vreselijke trek. Vast en zeker vanwege de flinke wandeling die ik vandaag heb gemaakt. Ik bedank Thierry’s moeder voor haar gastvrijheid en alle kostelijkheden. Ze geeft een vriendelijk klopje op mijn schouder en antwoordt me, dat ze het fijn vindt, dat ik gekomen ben. De man, die zijn ogen niet van mijn persoontje af kon houden, komt bij ons staan en merkt op hoeveel ik op iemand lijk. Iemand van vroeger, die hij goed heeft gekend.

‘Ah, dus dat is het,’ antwoord ik glimlachend. ‘Ja, uw voortdurende observeren kan me onmogelijk ontgaan.' Hij knikt. 'Ik denk dat iedereen ergens op deze planeet wel een dubbelganger heeft.’

‘Ja. Opmerkelijk eigenlijk. ...Waar kom je vandaan? …Ik ben trouwens Arnaud Amadou.’

‘Enchanté. Ik kom uit Nederland. Ik logeer twee weken in het huis dat jullie verhuren. In Châtillon.’

Heel even lijkt hij weer van zijn stuk gebracht, maar hij hersteld zich en vraagt me dan helemaal uit over wat ik zoal heb ondernomen in de afgelopen dagen. De man blijkt zeer onderhoudend in zijn conversatie en geeft me tips over plekken, die ik zeker moet gaan bezoeken.

‘Morgen gaan we een wandeling maken hier vlakbij. Ga je mee?’ vraagt een lange slungelige jongen enthousiast en hij slaat joviaal een arm om de schouder van de man met wie ik in gesprek ben.

‘Ja, dat moet je doen,’ meent Arnaud. ‘Dit is mijn zoon Christophe. Hij kent het gebied op zijn duimpje en weet alles over de flora en fauna. Dus als je dat interessant vindt, dan…’

‘Tien uur morgenochtend pikken we je op,’ onderbreekt Christophe zijn vader.

‘Je kunt dus toch wel gezellig zijn,’ hoor ik een mij reeds bekende stem opmerken. ‘Wat is jullie geheim, jongens? Ik word door mademoiselle totaal genegeerd.’

‘Dat heb je aan jezelf te wijten,’ zeg ik.

‘Omdat ik een beetje aangeschoten was bij onze eerste ontmoeting? Je geeft een man niet veel credits.’

Ik werp hem een hooghartige blik toe. ‘Je kunt op me rekenen morgenochtend, Christophe.’

‘Super cool,’ roept hij enthousiast en maakt een rondedansje. Het roept alom hilariteit op.

‘Pubers, ze zijn meteen verliefd,’ meent Thierry hoofdschuddend.

Arnaud excuseert zich, omdat Thierry’s moeder hem nodig heeft in de keuken. We staan tegenover elkaar in een ongemakkelijk zwijgen. Ik kijk Thierry aan en hij grijnst kort.

‘Weet ik toch eindelijk je naam, …Ta-ma-ra.’

Ik zet mijn lege glas aan mijn mond en geneer me ervoor.

‘Nog een vin rouge?’

Ik knik en overhandig hem mijn lege glas. Tank dan even zuurstof bij door heel erg diep adem te halen, zodra hij wegloopt. Nog geen halve minuut later neem ik een gevuld glas rode wijn van hem aan.

Arnaud voegt zich ook weer bij ons en geeft Thièrry een vriendschappelijke klap op de schouder. ‘Nieuwe muze voor je, broertje?’

Thièrry lacht zuur en ik snap de opmerking niet.

‘Zijn jullie broers?’ vraag ik verbaasd. Ze ontkennen de bloedband. Thièrry’s moeder blijkt de tweede vrouw van Arnauds vader te zijn.

‘En, Tamara, vertel… Hoe kom je verzeilt in Châtillon? Lijkt mij dat een jonge vrouw eerder zou kiezen voor de Côte d’Azur of Barcelona,’ meent Arnaud.

Ik lach en vertel dat ik na het overlijden van mijn moeder de koopakte van dat huis vond. Dat ik via het internet ontdekt had, dat je het als vakantiehuis kon huren. Dus, terug naar mijn roots …of zoiets,’ glimlach ik.

‘Maar je bent toch Hollandaise? Je heet Ver… Vermie… Ik kan me niets van een Nederlandse eigenaar herinneren.’

‘Mijn moeder was Frans. Solange Peltier, heette ze. Misschien heeft u haar gekend?’

Arnaud proest zijn wijn met kracht uit. ‘Excuser-moi,’ wuift hij overdreven. ‘Ik moet, ik moet…’ Haastig maakt hij zich uit de voeten en struikelt bijna over een poot van een parasol. Hij wordt door iedereen nagestaard.

Thierry schudt lachend zijn hoofd. ‘Waarschijnlijk zit hem een peper dwars,’ meent hij. Hij kijkt me nadrukkelijk en bestuderend aan.

‘Wat?’ vraag ik niet op mijn gemak. ‘Kijk me niet zo aan.’

‘Honderd euro per uur en ik ga je…’

Mijn mond zakt open, maar voordat hij zijn zin af kan maken is Arnaud alweer terug. Bleek en opgewonden breekt hij in in ons gesprek, dat naar mijn mening een heel ongewenste kant op ging.

‘Hoe oud ben je?’ vraagt Arnaud.

‘Achtentwintig.’

Het restje bloed dat nog in zijn gezicht zat is nu helemaal weggetrokken. Zijn schouders hangen.

‘Mon dieu, mon dieu! Dit kan niet waar zijn. …Het kan niet!’ prevelt hij zachtjes en bijna in paniek. Thierry legt zijn hand op Arnauds schouder en kijkt mij aan, alsof ik een tipje van de sluier kan oplichten. Maar ik sta er bij en kijk ernaar. Geen idee, wat er aan de hand is met Arnaud. ‘Waarom heet je Verm…, Vermie…’

‘Vermeulen,’ help ik hem. ‘Waarom? Omdat mijn vader me geadopteerd heeft toen ik twee was en ik zijn naam…’

‘Geadopteerd?’ roept hij uit. ‘Zie je wel! Ik wist het. Putain! Wat heeft die ouwe gek gedaan?’ schreeuwt hij. ‘Putain!’ Zijn overspannen gedrag trekt bekijks. De gastvrouw, Thierry’s moeder, komt erbij en probeert Arnaud te kalmeren. Samen met haar zoon tronen ze hem mee naar binnen. Ik sta alleen. Overrompelt. Iedereen kijkt naar me en ik weet met mijn houding geen raad. Het is Christophe die me naar een stoel loodst en zwijgend naast me gaat zitten.

Het duurt ruim een half uur, voordat Thierry weer naar buiten komt. Voor mijn gevoel duurde het de halve nacht.

‘La fille perdue revient,’ lacht hij geheimzinnig. ‘Al was zij hiervoor nooit kwijt.’

‘Quoi? Waar heb je het over?’

‘Viens avec moi. Arnaud heeft een nieuwtje voor je.’

Nieuwtje noemde Thierry het. Alsof het niets voorstelde. Ik zit op de bank in het huis in Châtillon-en-Diois en staar niets ziend voor me uit. Ik verkeer in volle verdwazing. Vanavond heb ik een stukje geschiedenis van mijn moeder leren kennen. Dat was mijn missie. Om meer over haar leven hier te weten te komen. Dat is gelukt. Ik had het niet zelf kunnen verzinnen. Het blijkt dat mijn moeder zwanger was van mij, toen ze het huis in Châtillon verliet. Dat feit op zich is geen wereldschokkend nieuws. Ze was zwanger van Arnaud. Het blijkt dat Arnauds vader, mijn opa dus, het huis voor een appel en een ei heeft gekocht van mijn moeder. Mijn moeder is vertrokken naar Nederland en Arnaud heeft zodoende nooit van mijn bestaan geweten. Anaud vermoed dat zijn vader dwang heeft uitgeoefend. Hij was door een toevalligheid achter de relatie gekomen en was pisnijdig geweest.


‘Heb je op de bank geslapen? …Koffie?’

Ik wrijf in mijn ogen en knik. Ik ben de gigolo dankbaar voor de volwassen houding die hij heeft aangenomen sinds gisterenavond. Er zijn geen domme grapjes meer over zijn lippen gekomen. Hij gaat tegenover me zitten met de mok geklemd tussen zijn handen.

‘Beetje afleiding zal je goeddoen.’

‘Ik snap het niet. Weet je hoe oud Arnaud was, toen hij met mijn moeder… Zeventien! En mijn moeder was toen iets van zevenendertig.’

Hij lacht me toe. ‘Tja, oudere vrouwen kunnen een puber heel wat leren.’

‘Dat is een stupide antwoord,’ reageer ik geïrriteerd. En daar is’ie weer; de gigolo, zoals ik hem ken.

‘Maar waar.’

‘Jij bent ervaringsdeskundige,’ meen ik stekelig. Hij trekt zijn wenkbrauwen op. Een groot vraagteken staat in zijn gezicht te lezen.

‘Ja, ik weet wat voor werk je doet.’

‘Zo… weet jij dat. En wat is mijn werk dan volgens jou?’

‘Dat werd me gisteren wel duidelijk. Dat meisje… Ze had een uur tijd om…’ Ik aarzel.

‘Om wat?’

‘Laat maar.’ Met mijn lege mok loop ik naar de keuken. Halverwege voel ik een hand op mijn schouder. ‘Ik hou niet van halve zinnen.’

‘Nou goed dan… Ik weet dat je een gigolo bent.’

Zijn gezicht vertrekt in allerlei rare vormen en dan schatert hij het uit. ‘Meisje toch. Wat jij je in je hoofd haalt.’

Hij trekt me aan mijn bovenarm mee naar buiten. Ik sputter tegen. ’Kom mee! Dit moet je zien,’ meent hij streng.

Ik kan het niet helpen, maar word nu ook nieuwsgierig. We gaan de zware tuindeur door. Hij houdt me stevig vast, alsof hij bang is dat ik er vandoor zal gaan. Maar dat ben ik niet meer van plan. Blijkbaar heb ik me vergist en oefent hij een ander ambacht uit. Hij lachte mij midden in mijn gezicht uit. Onhandig vist hij een sleutel uit zijn broekzak en opent de deur van de aanpandende schuur van het huis. Behoedzaam duwt hij mij naar binnen. Tegen de wanden staan grote schilderdoeken. Op een ervan staat het naakte meisje uit de tuin afgebeeld. Ze is subtiel gewikkeld in iets dat lijkt op vitrage. Ik ga er vlak voor staan en bestudeer de penseelstreken. ‘Dit is jouw werk?’ vraag ik onder de indruk.

‘Monique wil haar echtgenoot ermee verrassen,’ glimlacht hij. ‘Denk je dat hij het kan waarderen?’

‘Het is levensecht,’ zeg ik bedachtzaam en zet een paar passen naar achteren.

‘Is dat goed of fout?’

‘Haar echtgenoot zal het fantastisch vinden.’

‘En jij?’

‘Ik wil geen vreemde naakte vrouw aan mijn muur.’

Hij lacht hard. ‘Ik kan jou ook zo schilderen.’

‘In je dromen, ja.’

‘Dat gaat me zeker lukken.’

Ik kijk hem vanonder mij wenkbrauwen tersluiks aan en maak me haastig uit de voeten. Buiten bots ik tegen Arnaud op. …Mijn vader. Dat feit is zó nieuw, dat het nog een tijdje zal duren voor het tot mijn brein doordringt en het zal nog langer duren voor het überhaupt als normaal aanvoelt. In zijn kielzog zie ik Christophe’s glunderende blik. Arnauds ogen kijken me bezorgt aan. Thierry krijgt van hem een achterdochtige blik.

‘Geen zorgen, papa,' antwoordt deze hem gekscherend. 'Ze is nogal preuts. Zij wordt mijn zedige muze,’ lacht hij breed.

‘Zij wordt amme-nooit-niet jouw muze,’ meent Arnaud beschermend.

‘Hé! Luister, macho's! Ik ben achtentwintig en prima in staat mij eigen keuzes te maken!’ roep ik geïrriteerd uit.

Alledrie vallen ze stil. Christophe is degene die de plotseling koude luchtstroom opwarmt door opgewekt op te merken, dat zijn vader zware tijden tegemoet gaat met twee opstandige pubers. Hij kijkt op zijn horloge en zegt me mijn wandelschoenen aan te trekken, opdat de groep niet onnodig op ons hoeft te wachten. Even later zijn we onderweg. Klaar voor de wandeltocht bij Ariane. Ik weet nu al; dit wordt een onvergetelijke vakantie in een prachtige omgeving en …met mijn nieuw verkregen familie.


 

Boek Tip

Rekbaar geweten

De beslissing om haar broer Luc uit de problemen te helpen is snel genomen. Dat ze daarbij de wet overtreedt hindert Ellen van Maarsen niet. Het gaat immers om Luc's toekomst? Ze vindt het haar taak om hem weer in het gareel te krijgen. Behalve de man die ze het liefst mijdt, weet niemand van deze kwestie af. En dat wil ze vooral zo houden. Haar vriend licht ze zeer zeker niet in. Ze zou dan meer aan hem moeten opbiechten. En waarom chaos creëren als dat kan worden voorkomen? Had Ellen op enig moment de rampzalige gevolgen van haar handelen kunnen voorzien?


 


Comentários


bottom of page